5 jan 2013

De lul



Het kan vreemd lopen in een bloggersbestaan. Zo schrijf je, naar aanleiding van de aanstaande verjaardag van je moeder, een blog over het lied  Baj mir bistu Sheyn, van daaruit volgt een niet onlogische stap naar  Dos Kelbl en  in dat blog kondig je dan min of meer een vervolgblog aan over Jizchak Katzenelson en niet veel later zit je midden in de krankzinnige en antisemitische gedachtenspinsels van een complottheoreticus die niet alleen het bekendste werk van Katzenelson maar ook de rest van de wereld van kritische kanttekeningen voorziet. Hij beroept zich daarbij vooral op zijn logica.

De titel van het werk van Katzenelson is Dos Lied vunem ojsgehargetn jidischn volk (het lied van het uitgemoorde joodse volk). Hij schreef het in 1943 in het concentratiekamp in Vittel in het departement Vosges in Frankrijk. Op 1 mei 1944 werden hij en zijn zoon Zvi vermoord in Auschwitz. Zijn vrouw en zijn twee andere zoons waren eerder in Treblinka vermoord. Zijn Lied bestaat uit vijftien gezangen. Later ga ik het waarschijnlijk eens over dit werk enzijn auteur hebben. In dit blog wil ik me vooral bezig houden met de kritiek en de criticus.

Dat is natuurlijk een wat vreemde aanpak, eerst de kritiek en later het werk zelf. Ik doe het toch zo, omdat de kritiek me dwars zit. Ik zou me er niet mee bezig moeten houden, ik zou me moeten beperken tot een opmerking als: nou ja, er bestaan nu eenmaal idioten. Maar iets in zijn manier van kritiek leveren stoort me zo erg dat ik er iets over kwijt moet.

Laat ik beginnen met de opmerking dat de criticus geen Holocaust-ontkenner is. Hij weet dat er gedurende de Tweede Wereldoorlog miljoenen joden vermoord zijn of aan uitputting gestorven. Hij erkent ook dat de Duitsers daar een grote rol in hebben gespeeld. Maar het waren niet alleen de Duitsers, het waren ook grote groepen uit Oost-Europese landen, het was ook Stalin. Daarbij zijn er, volgens hem, meer joden weten te ontkomen dan over het algemeen wordt aangenomen. Die stierven dan later deels weer omdat ze meevochten in het leger van de Sovjet Unie. Het zit hem erg dwars dat volgens hem de Duitsers de ‘alleenschuld’ krijgen. Dat intussen algemeen bekend is dat ook grote delen van de bevolking van de bezette landen behept waren met antisemitisme ziet hij voor het gemak maar over het hoofd.

Elders in zijn zeer omvangrijke publicaties op het net legt hij de oorzaak van dat dwarszitten bloot. Hij groeide als Duitser op in Zwitserland. En hij werd gepest. Met zijn Duits zijn en met andere zaken. Hij werd, zegt hij, nadat een docent een film had laten zien waarin ene meneer Schulz een bewaker was in een KZ,  gepest met zijn naam. Hij heette zelf namelijk ook Schulz. (Nu niet meer trouwens, en onder die naam is hij dan ook niet meer te vinden op het net). Ik moest bij dit verhaal trouwens meteen denken aan Sergeant Schulz uit de komische zestiger jaren serie Hogan’s Heroes, een wat dommige maar levensgenietende bewaker in een kamp voor neergeschoten geallieerde piloten.

Maar goed. Ik zal een voorbeeld geven van het soort kritiek dat deze ex-Schulz op het werk van Katzenelson heeft. Daartoe plaats ik hier de eerste vijf verzen uit het eerste ‘Gesang’ van Dos Lied. De criticus heeft de tekst overigens overgenomen uit een uitgave van het Lied door Wolf Biermann. Wie de Duitse vertaling heeft gedaan, staat er niet bij. Uitgegeven door Kiepenheuer & Witsch.


Erster Gesang


1
"Du, sing! greif die zerhackte, deine nackte Harfe, singe doch
Schmeiss ins Gewirr der Saiten deine Finger für ein Lied
Sing schmerzgebrochne Herzen. Sing diesem Europa noch
Den grossen Abgesang von seinem allerletzten Jid

2
Wie kann ich singen, aus zertretner Kehle kommt kein Laut
Greul über Greul: nur ich blieb übrig, ich allein
Wo bleib mein Weib, wo unsere beiden Vögelchen, mir graut
Ich hör ein Weinen - meine ganze Welt ist voll Gewein

3
"Sing! und erheb die Stimme, sing mit Schmerz und Wut
Such! such, da oben, ob es IHN noch gibt und seine Welt sich dreht
Sing IHM hoch oben seines letzten Jidden letztes Lied: Der Jud
Gelebt, krepiert und ohne Grab vom Wind verweht"

4
Wie soll ich singen mit erhobnem Haupt. Mein Weib
Verschleppt mit Ben, mit Jomele - der Jüngste war noch Kind
Aus meinen Lichtgestalten wurden Schatten ohne Leib
Ich selbst bin schon ein Schatten, kalt und blind.

5
"Ja, schrei ein letztes Lied in diese Welt und wirf dein Haupt
In' Nacken, wende nicht von IHM den Blick in deiner Not
Greif in die Saiten, sing: Dein Volk, Gott, das dich glaubt
Ist abgeschlachtet. Alle, alle, alle Juden tot." (S.49)

[[Kritik:
"Alle Juden tot" ist historisch eine grosse Lüge, sonst hätte es 1945-1951 keine DP-Lager in Deutschland und Österreich gegeben, und die zionistische Gründung des Staates Israels hätte es auch nicht geben können]].

Voor wie het Duits van zijn kritiek niet kan of wil volgen, de laatste zin: Alle, alle, alle Juden tot had Katzenelson niet mogen opschrijven, want ze is historisch niet correct. De criticus legt daarna ook nog even uit waarom dat zo is. Hij zegt o.a. dat de staat Israël niet gesticht had kunnen worden als alle joden inderdaad dood waren geweest.

In het tiende gezang schrijft Katzenelson :

3
Vom allerersten Tag an, seit der Deutsche unsere Stadt
Besetzt, hab ich nie mehr genächtigt hier in unserm Haus
Ging jeden Abend rüber zu Verwandten schlafen, meine Frau
Mein Chanele hat mich einmal begleitet und dort hingebracht
ein deutscher Offizier stand plötzlich vor uns in der Dunkelheit
Er hat uns abgeschätzt, 'ne kleine Ewigkeit, ging gradeaus
Und nur zehn Schritte später hielt er irgendeinen andern an
Da hat in unserm Rücken schon ein Schuss gekracht. (S.107)

De kritiek luidt:
"Der Deutsche" ist für Katzenelson die Hauptursache für die Judenverfolgung, bei Unterschlagung aller Kollaborateure. Solch eine Geschichtsverfälschung ist wirklich illegal, wenn man die Abläufe des Holocaust in Osteuropa genauer kennt.

Hij pleit er dan ook voor dit soort publicaties nu eindelijk eens te verbieden. De (niet zo) goeie man zit zich dus nog steeds te verdedigen in zijn Duits zijn. Terwijl de rest van de wereld Duitsland intussen allang weer als een normaal land ziet, maakt hij er weer iets bijzonders van.

Natuurlijk gelooft hij ook niet dat er ooit mensen op de maan waren, en 9-11 was uiteraard een ‘inside job’. De wereld namelijk spant samen. Nee, niet de wereld: de meeste mensen zijn alleen maar slachtoffer. Van jongs af aan.
De criticus moest van zijn moeder vioollessen blijven volgen, ook al had hij er geen zin meer in. Later gaf hij zelf vioolles, maar dat stuitte ook weer op problemen, want er waren aantijgingen dat hij sommige van zijn leerlingen ‘betast’ had.

Ik stop ermee. Ik heb genoeg van dit blog. De criticus is een onmogelijk mens. Als zijn publicaties verzonnen zouden zijn, zou het een goed verhaal kunnen opleveren. Nu is het alleen boosheid en gezienwillenworden. Ik word daar vreselijk triest van.

Ik ga Dos Lied vunem ojsgehargetn jidischn Volk helemaal lezen. Ik ga me weer verbazen en beroerd voelen over de inhumanity of man. En ik ga medelijden hebben met de criticus. De lul.

2 opmerkingen:

  1. dat sommigen een leven spenderen om zulke waanzin te minimaliseren zegt meer over hun (gebrek aan een) eigen leven dan over de geschiedenis op zich - maar als het zijn doel is om gezien te worden, dan is dat met dit blog in elk geval gelukt voor hem ...

    verder vind ik het net knap van de Duitsers dat ze - als één van de weinige volkeren ter wereld - hun verschrikkelijke daden durven te (h)erkennen, terwijl zovele massamoorden elders ter wereld nog steeds ontkend worden door verantwoordelijke staten en volkeren - of erger: nog steeds voorkomen, omdat de wereld nog altijd liever de andere kant opkijkt vanwege allerlei belangen ...

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik sluit me helemaal aan bij je opmerking over Duitsland en het verleden.

    Dat de criticus door mijn blog deels zijn zin heeft gekregen: het zij zo.Hij zal in ieder geval gezien hebben dat zijn sites tamelijk uitgebreid bekeken zijn. Misschien heeft hij zelfs mijn blog ontdekt.
    Mij ging het er om iets te proberen te vertellen over hoe een als traumatisch ervaren [ersoonlijke geschiedenis zijn invloed lijkt te hebben op de kijk van die persoon op de wereldgeschiedenis. Wat me aantrok en tegelijk de koude rillingen langs mijn ruggengraat deed gaan, was de kille 'logica' in zijn redeneringen.

    BeantwoordenVerwijderen