9 apr 2012

Was gesagt werden muss

In ieder geval was een gedicht wereldnieuws.
Dat zie je niet alle dagen. Maar al heel snel ging het niet meer over het gedicht, alleen de (vermeende) inhoud was nog enigszins van belang, maar vooral de vraag of Günter Grass een antisemiet was of niet.
De eerste reacties op het gedicht, of beter naar aanleiding van het gedicht, las ik op NUjij.nl. Ik hoopte daar materiaal te vinden voor mijn blog L’homme dans la rue. NUjij is natuurlijk geen verzamelplaats van verlichte geesten. De reageerders lieten over het algemeen niet merken het gedicht gelezen te hebben. Al snel vernauwden de reacties zich tot het bekende pro- of anti-Israëlgeblaat waarin elke nuance zoek is. Afwisselend was Iran of Israël deel van de As-van-het-kwaad. Daarbij blonken de reageerders uit door een enorm gebrek aan kennis van de geschiedenis en zelfs van de hedendaagse ontwikkelingen. Alleen dat ene punt dat in de tegengestelde kramen te pas kwam, werd aangehaald als bewijs van het absolute gelijk van de eigen kant.
Kortom het werd geen discussie, maar een herhaling van bedenkelijke zetten.

Intussen had ik het gedicht gelezen. Het sprak me wel aan. Nu ben ik natuurlijk een enorme bewonderaar van Grass’ vroege romans (vooral Hundejahre) en in het gedicht herkende ik veel van zijn taal. Ook in de inhoud kon ik me grotendeels vinden, al vind ik de bewering dat Israël als kernmacht een gevaar is voor de wereldvrede wat ver gaan (hoewel: elke kernmacht is natuurlijk een gevaar voor de wereldvrede).
In het gedicht komt de persoonlijke geschiedenis van Günter Grass niet echt aan de orde, al staat er de zinsnede: meine Herkunft,die von nie zu tilgendem Makel behaftet ist, maar dat kan ook over zijn land gaan. In de reacties gaat het natuurlijk al snel over zijn lidmaatschap van de Waffen-SS. Iemand met een dergelijk verleden kan natuurlijk nooit gelijk hebben. Ook niet als je bedenkt dat hij toen 17 was en al jarenlang volgepompt met Nazipropaganda, nee, daarom net: Grass is zijn naziverleden nooit kwijtgeraakt. De reacties van het pro-Israëlkamp vallen – kortom - vaak in de categorie: je hebt me betrapt, nu ga ik jou zwart maken.

Maar dan komen de ‘medestanders’ aan het woord. Die vallen te vaak in de categorie met-zo’n-vrienden-heb-je-geen-vijanden-meer-nodig. Het gaat niet meer over Israël, het gaat over ‘de joden’. Daar zitten dan ook nog een aantal fundimoslims bij, wat de tegenpartij natuurlijk weer bevestigt in zijn gelijk.
Zo komt er geen eind aan de ellende.

Maar in ieder geval is een gedicht wereldnieuws geweest.
Iemand heeft nagedacht, geschreven en min of meer succesvol nuances laten zien.



Was gesagt werden muss

(Günter Grass)

Warum schweige ich, verschweige zu lange,
was offensichtlich ist und in Planspielen
geübt wurde, an deren Ende als Überlebende
wir allenfalls Fußnoten sind.

Es ist das behauptete Recht auf den Erstschlag,
der das von einem Maulhelden unterjochte
und zum organisierten Jubel gelenkte
iranische Volk auslöschen könnte,
weil in dessen Machtbereich der Bau
einer Atombombe vermutet wird.

Doch warum untersage ich mir,
jenes andere Land beim Namen zu nennen,
in dem seit Jahren - wenn auch geheimgehalten -
ein wachsend nukleares Potential verfügbar
aber außer Kontrolle, weil keiner Prüfung
zugänglich ist?

Das allgemeine Verschweigen dieses Tatbestandes,
dem sich mein Schweigen untergeordnet hat,
empfinde ich als belastende Lüge
und Zwang, der Strafe in Aussicht stellt,
sobald er mißachtet wird;
das Verdikt "Antisemitismus" ist geläufig.

Jetzt aber, weil aus meinem Land,
das von ureigenen Verbrechen,
die ohne Vergleich sind,
Mal um Mal eingeholt und zur Rede gestellt wird,
wiederum und rein geschäftsmäßig, wenn auch
mit flinker Lippe als Wiedergutmachung deklariert,
ein weiteres U-Boot nach Israel
geliefert werden soll, dessen Spezialität
darin besteht, allesvernichtende Sprengköpfe
dorthin lenken zu können, wo die Existenz
einer einzigen Atombombe unbewiesen ist,
doch als Befürchtung von Beweiskraft sein will,
sage ich, was gesagt werden muß.

Warum aber schwieg ich bislang?
Weil ich meinte, meine Herkunft,
die von nie zu tilgendem Makel behaftet ist,
verbiete, diese Tatsache als ausgesprochene Wahrheit
dem Land Israel, dem ich verbunden bin
und bleiben will, zuzumuten.

Warum sage ich jetzt erst,
gealtert und mit letzter Tinte:
Die Atommacht Israel gefährdet
den ohnehin brüchigen Weltfrieden?
Weil gesagt werden muss,
was schon morgen zu spät sein könnte;
auch weil wir - als Deutsche belastet genug -
Zulieferer eines Verbrechens werden könnten,
das voraussehbar ist, weshalb unsere Mitschuld
durch keine der üblichen Ausreden
zu tilgen wäre.

Und zugegeben: ich schweige nicht mehr,
weil ich der Heuchelei des Westens
überdrüssig bin; zudem ist zu hoffen,
es mögen sich viele vom Schweigen befreien,
den Verursacher der erkennbaren Gefahr
zum Verzicht auf Gewalt auffordern und
gleichfalls darauf bestehen,
dass eine unbehinderte und permanente Kontrolle
des israelischen atomaren Potentials
und der iranischen Atomanlagen
durch eine internationale Instanz
von den Regierungen beider Länder zugelassen wird.

Nur so ist allen, den Israelis und Palästinensern,
mehr noch, allen Menschen, die in dieser
vom Wahn okkupierten Region
dicht bei dicht verfeindet leben
und letztlich auch uns zu helfen.

1 opmerking:

  1. Een moedig gedicht waar je bij het lezen meer naar de inhoud getrokken wordt dan naar het gedicht zelf . Jammer dat deze , duidelijk gestelde , waarheid alleen de tegenstellingen aanscherpt in plaats van dat zij tot nadenken stemt. Het is immers allang duidelijk dat ook wij ' vom Wahn okkupiert' zijn , dat wij heel goed weten dat het niet klopt wat daar gebeurt , dat er economische en politieke en belangen uitgespeeld worden over de rug van zoveel onschuldige mensen. ' aangenomen eerst was u niet op de hoogte . Nu weet u en u houdt nog steeds uw mond. Zoveel jaar zwijgen, daarmee verlaagt een mens zich ! ' ( Sartre )

    BeantwoordenVerwijderen